Het opstellen van een integrale financiële planning kost uiteraard de nodige tijd.
Het interpreteren, rubriceren en analyseren van de gegevens gaat nu eenmaal niet in –pakweg- 15 minuten. Toch valt er veel tijdwinst te boeken.
Hoe?
Door toepassing van het Pareto-principe.
Het Pareto-principe werd in 1906 geconstateerd door de Italiaanse econoom Vilfredo Pareto.
In de volksmond noemen we dit inmiddels de 80-20 regel.
Hoe het Pareto principe wordt toegepast leren we je in onze Praktijktraining.
Klik hier voor meer info.
Pareto ontdekte dat:
- 80% van de bezittingen in Italië in handen was van 20% van de Italiaanse bevolking.
- 80% van zijn bonenoogst uit zijn moestuin, door 20% van zijn zaaigoed afkomstig was.
- Deze verdeling niet op toeval berustte
Hoewel zeker niet op alles toepasbaar, bleek de 80-20 regel op verrassend veel zaken vat te hebben.
Bewustwording van dit principe is de eerste stap naar een effectieve(re) manier om een financieel plan op te stellen. Het besef dat u wellicht in 20% van uw tijd, 80% van het eindresultaat produceert, betekent immers dat de laatste 20% procent van het eindresultaat, veel extra tijd vraagt.
Die laatste 20% van het resultaat gaat niet zelden zitten in het uitwerken van details die – hier doet het Pareto-principe zich opnieuw voor – veelal weinig of geen invloed hebben op de uitkomst van het financieel plan.
Ik geef een voorbeeld.
U berekent tot op de euro nauwkeurig hoeveel de lijfrente-uitkering zal bedragen, die uw klant in 2035 zal ontvangen. U raadpleegt daarvoor zelfs de specifieke rekentool op de website van de verzekeraar waar de lijfrenteverzekering loopt. Voor de zekerheid heeft u ook nog de meest recente waarde opgevraagd (terwijl u die van eind vorig jaar al beschikbaar had).
De uitkering bedraagt volgens de uitkomst van de berekening EUR 1.233 bruto per jaar, gebaseerd op de huidige rekenrente. Het overige pensioeninkomen van de klant bedraagt EUR 48.500 per jaar (naast de AOW). Een snelle rekensom leert dat de lijfrente-uitkering circa slechts 2% bedraagt van het totale oudedags-inkomen.
Niet significant dus en zonde van die extra tijdsinspanning.
Nog een voorbeeld.
Onderdeel van een financieel plan vormt vaak de berekening van het financiële risico van vroegtijdig overlijden. De kans op overlijden is voor ons allemaal 100%, het moment echter onzeker. Ik zie financieel planners dit financiële risico veelal tot op detail niveau uitrekenen, inclusief effecten van tal van heffingskortingen, wezenpensioen-uitkeringen et cetera. Ook hier gaat vaak meer tijd in zitten dan nodig.
Waarom?
Omdat voorbij wordt gegaan aan het feit dat de kans op overlijden per nu bij de meeste klanten niet meer dan circa 1% bedraagt. Die heffingskorting is volgend jaar waarschijnlijk al weer anders. De kans dat de klant dan nog leeft circa 99%……
Kortom, door hier meer op hoofdlijnen (inkomen, NBI en vermogen) te plannen, kan ook prima het financiële risico worden ingeschat en een (eventueel) benodigd verzekerd kapitaal worden vastgesteld.
Focus dus liever op de zaken die écht impact hebben op de uitkomst van het financieel plan: de mogelijke opbrengst van de onderneming, het gewenste NBI, de grootste inkomensbestanddelen, de schulden et cetera.
Maak na de inventarisatie een goede inschatting van de 20% bestanddelen die waarschijnlijk 80% van het eindresultaat zullen bepalen. Neem die andere 80% wel mee, maar aarzel zeker niet om hier de details weg te laten.
Communiceer dit ook aan uw klant om de verwachtingen te managen.
Financiële planning is zéér waardevol, maar géén exacte wetenschap.
Kortom, met toepassing van het Pareto-principe kunt u fors aan tijd besparen (en een betere (lees: betaalbaarder) propositie richting uw klant aanbieden.
Zonder dat uw financiële planningen aan kwaliteit inboeten!
Meer weten over hoe u het Pareto-principe effectief toepast?